Maaskant verweeft de twee verhaallijnen prachtig met elkaar. In mooie zinnen waarin alle waterverwijzingen opvallen, maar nooit storen, trekt ze je mee in een sfeervolle wereld.

Na de dood van haar moeder groeit Filia op bij haar oma. Als een goudvis in een vissenkom. Buitenshuis komen ze niet. Alleen op vrijdag gaat de deur open, voor de boodschappenjongen. Maar dan overlijdt haar oma, barst de kom en stroomt de wereld Filia’s leven binnen.
Haar oma hield niet van zon. ‘Daar verkleuren de meubels en het tapijt van.’ En dus bleven de gordijnen dicht. Dag en nacht, zomer en winter. De 18-jarige Filia weet niet beter. Maar nu ze alleen is, voelt alles nog donkerder dan anders. Waar moet ze alle rekeningen van betalen? Ze heeft nog nooit zelf boodschappen gehaald, laat staan dat ze weet hoe ze een baan moet zoeken.
Dan duikt Kers op. Met haar vrolijk springende pijpenkrullen en haar voorliefde voor paars en roze trekt ze ongevraagd bij Filia in. Barstende ruzie met haar vader heeft ze. ‘Wij kunnen elkaar helpen, jij en ik. Zeg maar hoeveel ik moet betalen. Welke kamer is voor mij?’ Met windkracht twaalf stormt Kers Filia’s leven in. De donkere gordijnen en het sombere tapijt belanden in de tuin. Filia’s haar gaat eraf en ze proeft voor het eerst paprika.

Terwijl Kers haar het echte leven in trekt, leest Filia het dagboek dat haar oma naliet. Een sprookjesachtig verhaal over de liefde van haar leven. Langzaam wordt duidelijk waarom haar oma heeft gekozen om zich zo af te zonderen voor de buitenwereld. Maaskant verweeft de twee verhaallijnen prachtig met elkaar. In mooie zinnen waarin alle waterverwijzingen opvallen, maar nooit storen, trekt ze je mee in een sfeervolle wereld. De bijzondere, goudkleurige tekeningen en fraaie vormgeving versterken dat. Een boek om bij weg te dromen.
25 januari 2014
Copyright (c) De Volkskrant (7Days), Jacqueline Ancona
Bron: De Volkskrant (7Days)